Zijn ziel en zaligheid
Hij wist niet beter Zij wist niet van ophouden. Verzot was hij, op haar. Voor haar was niets te zot. Hij hield van haar, zij van aandacht. Ze deelden alles; bijna alles. Al hun verhalen; al zijn verhalen. Al hun genot; al zijn genot. Hij gaf wat hij kon, maar niet
Lees verder